Blog

Trainingsdata bijhouden: handig hulpmiddel of extra druk?

In de sportschool zie je het steeds vaker: mensen die na elke set hun telefoon pakken om iets in te voeren. Of ze lopen rond met een notitieboekje waarin elke herhaling en elk gewicht zorgvuldig genoteerd wordt. Maar is het bijhouden van je trainingsdata nu echt zo nuttig? Of zorgt het juist voor onnodige druk? In dit artikel vertellen we over de voordelen en nadelen van loggen.

Waarom je zou willen loggen

Veel sporters, zowel beginners als gevorderden, vinden het prettig om precies te weten wat ze doen. Je geheugen is nou eenmaal niet altijd even scherp na een zware leg day.

Voordelen van trainingsdata bijhouden:

  • Inzicht in je progressie. Je ziet zwart op wit hoe sterk je bent geworden. Dat kan een enorme motivatieboost geven.
  • Gerichter trainen. Je weet precies welk gewicht en aantal herhalingen je de vorige keer deed, dus je kunt slim bepalen wat je vandaag doet.
  • Voorkomt stilstand. Doordat je ziet wat je hebt gedaan, is het makkelijker om jezelf uit te dagen. Je kunt progressief overload toepassen: steeds iets zwaarder of meer herhalingen.
  • Helpt blessures voorkomen. Door je data te analyseren, kun je zien of je te snel te veel vraagt van je lijf.

Wat kan het loggen lastig maken?

Toch is het niet voor iedereen zaligmakend. Voor sommige sporters kan het noteren van cijfers juist stressvol werken.

Nadelen kunnen zijn:

  • Extra druk. Sommige mensen voelen zich verplicht om elke training beter te presteren dan de vorige. Maar soms zit je gewoon niet zo lekker in je vel, en dan kan het frustrerend zijn als je "achteruitgaat".
  • Minder plezier. Als je te veel bezig bent met cijfers, kan het ten koste gaan van het plezier in het bewegen zelf.
  • Tijdrovend. Niet iedereen vindt het fijn om steeds hun telefoon erbij te pakken of na elke set aantekeningen te maken.

Hoe kun je slim loggen?

Als je besluit om je trainingsdata bij te houden, maak het jezelf dan niet onnodig moeilijk. Een paar tips:

  • Houd het simpel. Noteer alleen wat belangrijk is: gewicht, herhalingen, misschien een korte opmerking over hoe het voelde.
  • Gebruik een app. Er zijn handige apps waarmee je snel alles invult.
  • Stel realistische doelen. Je hoeft niet elke week zwaarder te tillen. Kijk naar het grotere plaatje.
  • Gun jezelf pauze. Niet alles hoeft tot in detail op papier te staan. Soms is trainen op gevoel juist fijn.

Voor wie is het vooral nuttig?

Trainingsdata bijhouden is vooral handig als je:

  • Een specifiek doel hebt (bijvoorbeeld krachttoename of hypertrofie).
  • Een plateau wilt doorbreken.
  • Graag patronen in je prestaties ziet.
  • Gecoacht wordt en samen met een trainer je schema wil evalueren.

Ben je meer een "ik train om fit te blijven en mijn hoofd leeg te maken"-type? Dan kan het loggen ook overbodig zijn.

Wat zegt de wetenschap?

Uit onderzoek blijkt dat zelfmonitoring een bewezen manier is om gedragsverandering vol te houden (bron: Journal of Sports Sciences). Wie bijhoudt wat hij of zij doet, blijft vaak langer gemotiveerd. Maar daarbij geldt ook: maak het niet te perfectionistisch, want dan kan het averechts werken.

Wat past bij jou?

Of je jouw gewichten en herhalingen bij moet houden, hangt af van je doel en je persoonlijkheid. Ben je competitief ingesteld en wil je meetbare resultaten? Loggen kan je dan veel brengen. Voel je je snel onder druk staan? Misschien is een globaler overzicht, zoals een maandelijks weegmoment of een foto-update, beter voor jou.

Conclusie

Trainingsdata bijhouden is geen must, maar voor veel mensen wel een handig hulpmiddel. Gebruik het slim, maak het niet te ingewikkeld en laat cijfers niet je plezier in sporten wegnemen. Uiteindelijk draait het erom dat jij met een goed gevoel de sportschool uitloopt.

Terug omhoog